Samenvatting:
Drie verbindingen waarvan eerder was gemeld dat ze de replicatie van HIV-1 en/of de in vitro reverse transcriptase activiteit remden, werden bestudeerd, maar alleen de fullereenderivaten 1 en 2 vertoonden een sterke antivirale activiteit op de replicatie van HIV-1 in menselijke CD4T-cellen.
Deze verbindingen remden echter niet de infectie met pseudotype virussen van het vesiculaire stomatitisvirus G (VSV-G) met één infectie, wat erop wijst dat zij geen effect hebben op de vroege stadia van de viruslevenscyclus.
Analyse van VSV-G-pseudotype HIV-1 met een eenmalige infectie, geproduceerd in aanwezigheid van verbinding 1 of 2, toonde daarentegen een volledige afwezigheid van menselijke CD4 T-celinfectiviteit, wat suggereert dat de latere stadia van de HIV-1-levenscyclus werden beïnvloed.
Kwantificering van virion-geassocieerd viraal RNA en p24 gaf aan dat RNA-packing en virale productie onopmerkelijk waren bij deze virussen. Behandeling met Gag en Gag-Pol werd echter wel beïnvloed, zoals blijkt uit immunoblotanalyse met een anti-p24 antilichaam en meting van virion-geassocieerde reverse transcriptase activiteit, waarmee het effect van fullereenderivaten op HIV-1 levenscyclus virion maturatie wordt bekrachtigd.
Verrassend genoeg remden fullerenen 1 en 2 het HIV-1-protease niet in een in vitro-test bij doses die de virale infectiviteit krachtig blokkeerden, wat wijst op een protease-onafhankelijk werkingsmechanisme.
Deze verbindingen, die de potentiële therapeutische relevantie van fullereenderivaten onderstrepen, blokkeren HIV-1-infectie die resistent is tegen protease- en maturatieremmers.